COLUMN: Na het verlies niet alle winst pakken!

Joop van der Hor, geboren in 1954 in Rotterdam, is een betrokken inwoner van Spijkenisse. Hij is naast columnist, ook trouwambtenaar, presentator, schrijver, ambassadeur van Villa Joep en pakt nog meer op wat op zijn pad komt. Hij werkte als persvoorlichter van de politie, is getrouwd en woont nu met zijn vrouw Gina in een appartement in Spijkenisse. In 2018 ontving hij de Nissewaardpenning uit handen van burgemeester Salet voor zijn inzet. Hij kijkt veel om zich heen en schrijft over allerlei zaken in zijn columns.

Op de avond dat ik deze column schrijf ben ik net terug van een onverwachts gezellige middag in de Irisch pub Murray’s in de Spuistraat, het kleine gezellige steegje halverwege de Voorstraat in Spijkenisse. ‘Gezellig straatje? Je zal die enge smalle smerige gribussteeg bedoelen’ zullen sommige lezers nu wellicht zeggen. Nou dan ben je al een hele poos niet meer door de Spuistraat gelopen. In niets lijkt het nog op een achteraf steegje van de Italiaanse maffia stad Palermo op Sicilië waar de lijklucht je tegemoet komt en waar de straathonden vechten om het linkerbeen van een dagen ervoor doodgeschoten drugsdealer. Was het zo erg? Nee dat ook weer niet maar als columnist moet je af en toe ook een klein beetje overdrijven zonder dat het echt fakenieuws wordt. Terug naar het leuke straatje in het oude centrum van Spijkenisse wat er inderdaad jaren geleden smoezelig, vervuild en wat unheimisch uitzag. Twee weken geleden is het straatje voorzien van mooie klinkertjes, schijnt er overdag licht door de overkapping en wordt ’s avonds het straatje gezellig verlicht vanuit twee horeca gelegenheden; Murray’s en More. Beide zaken zijn van Melanie Bolt en de bank. De lockdown had ook niet veel langer moeten duren of alleen de bank was nog eigenaar geweest van beide etablissementen. Net als bij vele andere horecaondernemers stond het water tot aan de lippen van de immer positief ingestelde Melanie maar bij wie nu toch het huilen haar nader stond dan het lachen. Maar na het goede nieuws uit Den Haag waar de kersverse minister van gezondheid Ernst Kuipers liet weten dat het slot van de lockdown ging en hij een openstelling tot 22 uur aankondigde, kan Mel weer lachen. En niet alleen Mel maar ook Bas van de Water van Café Merz, Linda en haar Meiden van de Molen, Dick en zijn Kerels aan de Maas, restaurant de Krom en Olijf, de vele Italiaanse restaurants, de nieuwe eigenaar van Wijnbar Grapps en de uitbaters van al die andere gezellige plekken in alle dorpen en stadjes in Nissewaard. Ik heb me voorgenomen om elke kroeg, restaurant de komende tijd te bezoeken. Maar niet alleen om lekker te eten en een drankje te drinken, maar ook om te ervaren, nou eigenlijk liever niet, of de prijs voor een glaasje bier, een wijntje of een sappige hamburger wel een beetje betaalbaar is gebleven. Ik las namelijk in de krant dat de prijzen in de horeca drastisch omhoog gaan vanwege de gestegen kosten, de torenhoge gasprijs en het terugverdienen van niet genoten inkomsten. Alle waar naar zijn geld en gezelligheid mag ook wat kosten, maar ik geef hierbij wel een waarschuwing af richting de horeca; maak het niet te bont want ook in de portemonnee van de bezoeker zit een bodem en als die wegblijven dan volgt er een lockdown die nooit meer verdwijnt. Beter drie glazen betaalbaar bier gedronken in een uur dan eentje waarbij de bezoeker voorzichtig aan nipt en na twee uur de stoel of barkruk bezet te hebben gehouden, het gelag betaalt en nooit meer terugkomt.